"Zachte dromer... heb je hulp nodig?"
Ik sta met mijn collega van groep 3 op het leerplein en zie een van haar kinderen wildboos zijn blaadje wegzwiepen. "Ja," zegt mijn collega, "ik denk dat zachte dromer wel even hulp kan gebruiken. Hij heeft al heel goed gewerkt, maar het ging nu even mis"
Kom maar, we gaan het even samen doen. Zachte dromer kijkt me aan. Hij wil zijn werk eigenlijk niet meer maken, geblokkeerd door iets kleins, maar hij wil toch wel graag even mee. Even weg van het drukke leerplein. Pak je blaadje maar en neem je etui maar mee.
Op donderdag zit er een collega in 'mijn' kamertje. We moeten dus de hele school door naar een plekje om te zitten. Op momenten als dit is dat fijn, want onderweg heeft de boosheid tijd om wat weg te zakken.
We bekijken samen het al gemaakte werk. Ik lees hardop en moeiteloos voor wat hij heeft geschreven. "Wow dromer, wat heb je dat keurig gedaan! En weet je wat ik zo knap vind? Dinsdag zei ik tegen jou dat je een stukje open mag laten tussen de woorden. En dat heb je meteen onthouden. Nu kan ik het veel beter lezen!" Een stralende lach breekt door op zijn droomgezicht."Zullen we nu dan je andere werk gaan doen?" Oke dan, vooruit dan maar. Een beetje onwillig vertelt hij wat er moet gebeuren. Hij moet uit zijn spellingboekje zinnen overschrijven op een blaadje. .Niet zomaar een blaadje, maar een blaadje met smalle lijntjes. En dan tussen de goede lijntjes. En dat hebben ze nog niet eerder gedaan. Het lijkt simpel, maar je moet het niet onderschatten. Er staan veel lijntjes op het blaadje, je moet maar net weten op welk lijntje je moet schrijven. En de juf heeft gezegd dat je op het blauwe lijntje moet schrijven, maar als je het blaadje op de kop legt, dan klopt het niet meer. En waarvoor is een kantlijn eigenlijk?
Ik rommel in het etui van dromer. Rood kleurpotlood, blauw kleurpotlood, groen, geel, roze..."Waar is je schrijfpotlood?" "Onder de kast. Heel ver. Ik denk dat ik er nooit meer bij kan."
Ah... Weet je wat? We lopen even naar de klas en dan kijken we of we hem kunnen vinden en anders pakken we een andere. Al keuvelend wandelen we terug door de school. "Zal ik ook een potlood pakken? Vind je het fijn als ik de zin eerst schrijf en dat jij hem dan naschrijft? Dan kun je zien hoe het moet." Er huppelt een knikkende dromer naast me. Dát zit hij wel zitten! Aangekomen bij de klas duikt hij onder de kast en vindt probleemloos zijn potlood. Ik pak ook een potlood en we slijpen de punt van allebei. Als je tussen zulke smalle lijntjes moet schrijven, heb je een scherpe punt nodig.
Eenmaal terug bij het blaadje en het boekje gaan we aan het werk. Ik schrijf een regel voor, hij schrijft na. IJverig en precies. Ik schrijf de volgende zin, ondertussen vertellend wat ik doe. "Ik maak eerst het woordje helemaal af, en dan zet ik pas het puntje op de i." Pikt hij het op?Nee, nog niet. dri, puntje op de i, ehoek schrijft hij op het blaadje. Volgende zin. "O, kijk dromer, dit is een leuk woordje! Ik schrijf eerst jij helemaal af, en dan zet ik 3 puntjes, naast elkaar!" Met zijn genietglimlach bekijkt hij het. Dat gaat hij ook proberen. Maar waar is nou zijn potlood gebleven? Onder het boekje misschien? Nee. Tussen zijn benen? Op de grond? Verbaasd kijkt hij om zich heen. Nergens te vinden. Tot hij de foto ziet die ik van zijn hoofd heb gemaakt toen hij onder de bank zocht. Gevonden!Grinnikend begint hij aan de zin. De zin met eerst jij aan elkaar en dan de 3 puntjes erop. Het lukt! Goed onthouden en keurig gedaan.
"Zullen we kijken of jij de volgende zin helemaal zelf kunt schrijven? Zonder dat ik het voorschrijf? Het gaat zo mooi, ik denk dat jij dat nu wel kunt." Ik zie hem balanceren tussen spannend en leuk. Tussen stap vooruit en stap te ver. Dan pakt hij met een resolute knik zijn potlood achter zijn oor vandaan en begint te schrijven. Ik voel de verantwoordelijkheid van zijn vertrouwen. Ik heb gezegd dat hij het kan, laat het niet mislukken alsjeblieft. Het mislukt niet. Even later loopt hij trots met zijn blaadje met kleurenkrul en stickertje, door de klas.
Als ik tijdens het rekenen het meisje tegenover hem ga helpen, knikt hij tevreden. Goed idee, vindt hij. "Jij kan dat heel goed, helpen."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Ik vind het leuk als je een reactie achterlaat!