donderdag 21 maart 2024

Babykoe

 "Juf kijk!"

We hebben hard gewerkt. Omdat het de Grote Rekendag was, hebben we met zijn allen een lange getallenlijn gemaakt. Iedereen een getal. Twee kinderen konden hun eigen leeftijd maken, maar niet iedereen. Dan zouden we een rare getallenlijn krijgen met alleen maar vieren, vijven en zessen. Er kon ook iemand maken hoe oud zijn grote zus is: 20. Dat is cool, want wie zo'n grote zus heeft, kan gewoon al oom zijn op zijn zesde.

Iedereen heeft dus een ander getal gekregen en beplakt met snippers vliegerpapier. Het is een geweldig gekleurde slinger geworden en we zijn er erg trots op. 

Maar gelukkig hebben we naast al dat harde gewerk ook nog tijd om lekker te spelen en te tekenen.

Wat ben je mooi aan het tekenen bruinoogje. Wat maak je? 

"Dit is een kat. Zij is blij. Ik zeg zij, want het is een meisje. 
En een.... magisch... groenblauwding. Een magisch groenblauwding ja. 
En een cowboy."

"Een cowboy? Wat voor cowboy bedoel je?"

"Nou dit. Dit is een koe. Het is een babykoe, een jongen."

Ah... 

"Weet je nog hoe een babykoe eigenlijk heet?" Bruinoogje kijkt me nadenkend aan. Ze weet het niet meer. Nooitopzijnstoelventje wandelt langs en zegt in het voorbijgaan: "Een kalfje." 

O ja, een kalfje, bruinoogje weet het ook weer.

We laten nog even biggetjes, veulens en lammetjes de revue passeren en dan laat ik bruinoogje weer rustig verder tekenen.

"Juf, kijk!"

De tekening is af. Er zijn wat hartjes bijgekomen, want wat is een tekening zonder hartjes? En de beestenboel is uitgebreid, gewijzigd en van tongen voorzien.

"Dit is de mamapoes. En dit is... dit is een ehm... een babykat." 
"Een babykat heet een kitten"
"Ja, een kitten. Een meisjeskitten."
"En dit is een mamakoe en dit is een babykoe.  Dat is ook een meisje."
"He, ik dacht dat dat een jongenskoe was."
"Nee maar het is toch een meisje." 

Tja, je kunt het maar beter duidelijk hebben. 

"Weet je nog hoe dat heet, een babykoe?"

Haar bruine ogen twijfelen, een twijfel die doorklinkt in haar stem. 

".... een.... een kwal?"


woensdag 13 maart 2024

Moddermonster

 Er was te Rotterdam een kreeft
die steeds 'ik hebt' zei voor 'ik heeft'
'En dit, 'zo zegt een Amsterdammer, 
'Is daarom zo bijzonder jammer, 
omdat het toont welk wanbegrip
men daar voor werkwoordsvormen hib.'
Kees Stip


"Nou, dit is het schoonste dat ik hem deze week heb gezien, ik ben wel trots eigenlijk"

Ik heb zojuist Blond Bonkie afgeleverd bij zijn moeder. Haar verteld over de dag die met ups en downs verliep, omdat hij zo heerlijk kan spelen met Maarikwildatmeisje, maar haar ook met een stuk treinrails op haar hoofd had gemept, en dat ze het weer goed hebben gemaakt. Ze kunnen niet met en niet zonder elkaar. En dat hij echt zijn best had gedaan om een beetje schoon te blijven. Een beetje.

Hij was vanochtend op klompen bij de gymzaal aangekomen. Niet zo heel praktisch, als je een kwartier moet lopen van de gymzaal naar school, maar er zat niets anders op. Zijn schoenen waren nog nat. Net als zijn andere jas trouwens. Nog nat van afgelopen maandag.

Maandag was ik ook bij mijn kleuters. En het regende maandag. Maar niet de hele dag heel hard, en we hadden toch buiten gespeeld. Buiten gespeeld op een plein dat verbouwd wordt en waar heel veel zand ligt. En in de nog niet aangelegde tuintjes waar we niet mogen komen ook heel veel plassen en modder. Daar mogen we niet mee spelen. Maar als er dan toch ergens een emmertje rondslingert, dan is Nooitopzijnstoelventje best bereid om dat emmertje te vullen met verboden water en in het speelzand een heerlijke modderzooi te maken. 
En als Nooitopzijnstoelventje een modderzooi heeft gemaakt, heeft dat een onwaarschijnlijke aantrekkingskracht op Blond Bonkie en Maarikwildatmeisje, dat snap je.

"Sowwie juf....." Al terwijl hij aan komt lopen roept hij mij zijn verontschuldigingen toe. Blond Bonkie is een groot moddermonster geworden. Van boven tot onder is hij doorweekt, vies en blubberig.  "O, Blond Bonkie, wat heb je NOU gedaan! Je moet niet in de modderplassen gaan liggen!" 

"Ik HEEFT niet in de modder geligd!"

Ook Maarikwildatmeisje is smerig, maar toch in een andere gradatie. Modderig van het stampen, spetters op haar maillot, haar mouwen nat van toch even roeren, maar doorweekt, nee, dat niet. Een duidelijk verschil. Blond Bonkie ziet het ook,

"Maar ik HEEFT helemaal... helemaal... ik HEEFT helemaal niet de hele tijd in de modder geligd....

HEEL EVEN maar..."


Ik heb iets uitgelegd aan een kleuter over de 3-secondenregel aan een kleuter.

Hij geldt niet voor modderplassen.

donderdag 7 maart 2024

Opwindpoppetje

Vroeger hadden we simpel maar ingenieus speelgoed. Een pop met zo'n flesje waar de melk uit verdween als je je poppenkind te drinken gaf. En als je het flesje rechtop zette, kwam de melk wonderbaarlijk terug, Een toverlei, waar je op kon tekenen en als je het staafje omlaag duwde, was je lei weer leeg. En een opwindpoppetje. Je draaide aan het sleuteltje en dan liep je poppetje een poosje waggelend vooruit, al dan niet op een trommeltje slaand. Na een klein wandelingetje kwam het poppetje tot stilstand, tot je 'm weer opwond met het sleuteltje in zijn rug.

Sinds een paar weken heb ik een opwindpoppetje in de klas. Het is een heel vrolijk opwindpoppetje. Hij heeft het geweldig naar zijn zin en hij doet met bijna alles mee. Je moet hem alleen wel regelmatig even opwinden.


"Wie wil er wel tikker zijn?" Veel vingers schieten de lucht in. De gymmeester zoekt twee tikkers uit en
alle andere kinderen beginnen te rennen, weg van de tikkers met het lintje. Opwindpoppetje niet. Die zit

nog aan de kant. De gymmeester ziet het en zegt: "Opwindpoppetje, je mag meedoen! Kijk, daar zijn de tikkers!" En daar gaat 'ie, met de rest rondjes rennend door de zaal, lachend en met af en toe een huppelpasje tussendoor. Tot zijn sleuteltje afgedraaid is. Om hem heen gaat het spel door, maar


Opwindpoppetje is tot stilstand gekomen. Is er iets aan de hand? Nee, dat niet. Hij kijkt gewoon even rustig rond. Ik loop naar hem toe en draai zijn sleuteltje weer op. Kijk opwindpoppetje, daar komt de tikker aan, rennen!" En daar gaat hij weer, vol in het spel, dat hij nog maar half begrijpt, maar waar
hij intens van geniet.

Ook als we later weer in de klas zijn moet hij af en toe even opgewonden worden. Het groepje van de ronde tafel mag de tas gaan halen. De andere kinderen weten het al, ze moeten even iemand opwinden. "Kom Opwindpoppetje, wij mogen onze tas halen!" Blij hobbelt hij met de anderen mee. 

Als de rest de tas wegbrengt, zit hij nog aan tafel, rustig rond te kijken. Is iedereen al buiten, dan zit hij nog met zijn jas aan in de klas. 

Het opwindmechanisme wordt wel langzaamaan wat efficiënter, Opwindpoppetje doet steeds meer zelf, en uit zichzelf. Aankleden na de gymles bijvoorbeeld.  

"Juf! Kijk! Mijn broek!" Lachend wijst hij naar zijn benen. Boven de gymschoenen die hij al voortvarend had aangetrokken, heeft hij zijn gymbroek nog aan. Zijn gewone broek hangt nog aan het haakje. Hij ziet de humor wel van zijn eigen fout: "Malle mij!!! Mijn broek... Malle mij!" Lachend trekken we zijn schoenen uit, verwisselen we zijn gymkleren voor zijn gewone kleren en even later kunnen we met de andere kinderen terug naar school.

Ook in de klas hoef ik hem niet meer elke keer op te winden voor hij iets gaat doen. Hij kiest af en toe zelf wat hij wil, samen met een vriendje of alleen. Lekker samen met het poppenhuis, of alleen met het insteekspel. En hij is zo lekker bezig, uit zichzelf, zonder dat ik zijn sleuteltje hoefde opdraaien, dat ik
hem maar lekker laat gaan in zijn eigen interpretatie van dit leerzame speelgoed.

Gelukkig kan hij ook heel goed en uit zichzelf opruimen!