woensdag 9 november 2022

Applaus!

Het is een dag met teveel. Eigenlijk past het niet.

Zo hebben we het Nationaal Schoolontbijt, vanochtend aan het begin van de dag. Alleen hebben we dan ook onze gymles. Hartstikke leuk, zo'n schoolontbijt, maar we vinden gymmen ook zo leuk! Dat is

gemakkelijk opgelost. Aan het begin van de dag doen we koprollen, staan we op onze handen en gooien we met ballen en frisbees, en van het ontbijt maken we gewoon een lunch.

Op een dag als vandaag zit twee keer buitenspelen er niet in. Past niet.  Geeft niks, want met dat gymmen en ook nog weer terug naar school lopen hebben we beweging genoeg. Na het gymmen eten we ons fruit en dan gaan we spelen en werken. De meeste kinderen kleuren hun placemat voor de lunch en het is heerlijk rustig in de klas. Ik heb alle tijd om een muts met Spiderman te maken voor rustig jochie. Volgende week wordt hij 6. En hij mag dan rustig zijn, Spiderman is cool.

Om kwart voor 12 zitten we klaar voor de lunch. Broodjes, kaas, kipfilet, appelstroop ("Juf.... ik vin DIE lekker!") en een nieuwe uitvinding: choco-pastinaak. Het schoolontbijt moet gezond zijn, en onze lunch dus ook. En dus hebben vandaag kinderen door heel Nederland zich genaaid gevoeld toen ze dachten dat ze lekker chocoladepasta op hun bruine broodje smeerden. Het ziet eruit als chocopasta, het smeert als chocopasta, je zet je tanden in je broodje en je proeft... Nou, geen chocopasta in ieder geval. Uit solidariteit en nieuwsgierigheid proef ik klein likje. Ik doop het puntje van mijn pink in een potje en stop stoer mijn pink in mijn mond. Zo erg zal het toch niet zijn? Nou... Aan deze uitvinding moet nog wat gesleuteld worden, dat is mijn meest positieve oordeel. Gelukkig gaat de rest van de broodjes en het beleg erin als koek.

Gek eigenlijk, we lunchen elke dag samen, en toch is het vandaag extra gezellig. En een beetje gehaast, want om half 1 krijgen we visite. Visite van een juf die een rekenles komt bekijken. 


De kinderen zijn bereidwillig en ruimen vliegensvlug hun tafels leeg en komen in de kring zitten. 

Ik vraag zeven kinderen om bij mij voor in de klas te komen staan. We gaan ze tellen: makkie. Sommige kinderen maken de opdracht demonstratief wat moeilijker en tellen er doorheen in het Engels. We tellen nog eens: eerst in het Nederlands, en dan in het Engels. Dan zing ik een liedje, over het eerste, tweede, derde, vierde, vijfde, zesde en zevende kind. Ze zingen het zo mee, het is het liedje van de dagen van de week, maar dan met andere woorden.

En dan begint het echte spel. Of de les, het is maar hoe je het bekijkt. Er staan 6 bekertjes op de tafel. We tellen ze en noemen de rangtelwoorden. En dan verstop ik een kastanje onder een bekertje. Iedereen ogen dicht! Spannend! Terwijl ik rondkijk zie ik hier en daar een oog tussen twee vingers door piepen, maar de meeste kinderen zien echt niets. 

Kijk maar weer, onder welk bekertje zou de kastanje liggen? "De vijfde!" Ik draai de vijfde beker om. Geen kastanje. "De eerste!" Nee, ook niet "De tweede!" En ja hoor, daar ligt 'ie. Het is een spel zonder verliezers. Je kunt niet weten waar de kastanje ligt, behalve als jouw oog tussen je vingers door gluurde, en dus kun je het ook niet fout doen. We raden gewoon nog een keer.

Als we het spel nog eens gespeeld hebben, vind ik het tijd voor een uitbreiding. Ik pak er vier bekers bij en zeg:

"En nu krijgen we..."

"APPLAUS!" 

Van achter uit de klas wordt mijn zin afgemaakt. Ik schiet in de lach. "Nee, geen applaus, we krijgen er een paar bekers bij!" We vervolgen de les met 10 bekers en daarna gaan de kinderen in tweetallen oefenen met bekers en kastanjes en met rangtelwoorden. 

We zouden nog spelen en werken, maar het past niet in onze dag. We gaan gewoon lekker naar buiten, we hebben hard gewerkt. 

Aan het eind van de dag kijken we nog even terug. Een propvolle dag, en  het was nog gezellig ook. Eigenlijk hebben we het best verdiend, dat applaus.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Ik vind het leuk als je een reactie achterlaat!