vrijdag 20 november 2020

Anders dan anders, maar wel gracieus!

 "Je moet op de tafel staan juf, dan gaan wij voor je zingen!" Ik had zo mijn bedenkingen, ik hoef niet zo nodig op tafels. Maar "dat deed de andere juf ook!" 

Mijn verjaardag is anders dan anders dit jaar. Woensdag heb ik mijn verjaardag voor het eerst in jaren  met een klas vol leerlingen gevierd, dat op zich is al bijzonder natuurlijk. Ik besef dat ik bof, want wie heeft die kans nou op dit moment zijn verjaardag te vieren in een groep met 24 feestvierders? Ik prijs mij ook om deze reden zeer gelukkig met mijn baan in het onderwijs, en met het feit dat de scholen open zijn.

Vanochtend werd ik slaperig maar vrolijk toegezongen door de aanwezige huisgenoten en werd ik verwend met knuffels, felicitaties en mooie geschenken. Daarna ging ieder zijns weegs. Zoon naar school, man aan 't werk en jongste dochter toog naar haar slaapkamer om achter haar bureau aan haar zoomlessen te beginnen. Ze neemt haar klasgenoot met corona niets kwalijk, hij kan er tenslotte ook niets aan doen, en komt goedgemutst zo nu en dan wat lekkers halen tussendoor. Thuiszitten heeft ook voordelen.

"Hieperdepiep, HOERAAAA!!! Hieperdepiep.... HOERAAAAA!!! En een klein hiepje... hoi!" Helemaal zelfstandig zingen de kleuters mij toe. De oudsten nemen het voortouw en zelfs het mannetje van net 4, dat mij voor vandaag nog nooit had gezien, zingt en hoeraat enthousiast mee. Ik aanschouw het even ontroerd als vermaakt, vanaf de grote ronde tafel in het midden van de kring, waar ik toch maar opgeklommen ben.

Mijn vriendin komt lunchen. Reuzegezellig, en lekker ook. Het is anders dan vorig jaar, toen zaten we tussen de middag samen in een restaurant in de stad. Maar anders is niet erg. We hebben het fijn en ik geniet. Ik voel me jarig, fijn, klein jarig.

In de deuropening staat de moeder van mijn jongste bijna-kleuter. Hij is nog aan het wennen en wordt aan het eind van de ochtend opgehaald. Vanaf mijn hoge positie leg ik uit dat het niet mijn gewoonte is om op tafels te staan, maar dat ik zojuist mooi ben toegezongen vanwege mijn verjaardag. Vanuit de deuropening worden mij felicitaties toegeworpen. Bijna-kleuter rent naar zijn moeder en ik zeg: "O, wacht even bijna-kleuter, ik zal jou alvast je traktatie geven.!" 

Als mijn vriendin weer weg is, lunch ik nogmaals, met man en kind. Heerlijk, en weer reuzegezellig. Ook de oudste dochter komt thuis. Elke week vind ik het een cadeautje als ze er weer is, thuis uit haar andere thuis in haar studentenstad. Deze week is ze een cadeautje met een cadeautje. Zoon heeft een lange dag op school, maar ook hij komt uiteindelijk naar huis. Meer mensen komen er niet, dit is het, en dit is genoeg, de liefste en mooiste mensen die ik heb.  Ooit leerde ik van een dierbare vriendin die wist dat haar overgebleven hoeveelheid verjaardagen nog maar heel klein zou zijn: "Het maakt niet uit hoe je het viert, maar vier het!" Ik doe het, ik vier het. Klein en innig.

Snel stap ik van de tafel om een zakje kruidnootjes voor bijna-kleuter te pakken. Tenminste, dat is mijn niet zo goed uitgewerkte plan. Ik let niet goed op waar op het tafelblad ik mijn voet neerzet en ik voel de tafel kantelen. Terwijl ik mijn evenwicht verlies, voel ik de tafel achteruit onder mij weg rijden op de wieltjes die (dom!) niet op de rem staan. Mijn billen landen op het tafelblad en ik glijd, gracieus, het moet gezegd,, van boven naar beneden en land midden in de kring op de grond. Heel even is het stil, dan klinkt voorzichtig uit de deuropening "Gaat het?" Ja, het gaat, en ik schiet in de lach. Ontlading in de kring, schaterende kleuters. 

"Juf! Dat was een mooie sliding!" 

woensdag 18 november 2020

Bananen

 Vroeger, toen ik zelf op de lagere school zat, had ik een appel mee. Elke ochtend pakte ik een appel uit de grote rieten mand in de keuken en nam die in mijn jaszak mee naar school. Ik denk dat ik jassen had met grote zakken. In de pauze at ik de appel op het schoolplein op. Het klokhuis ging in de prullenbak, of, als de meester niet keek, in de bosjes.

Mijn kinderen hadden soms ook een appel mee. Of druiven, komkommer, peer, olijven ("Wat heb jij nou mee?" "Olijven!" "Getver!") Oudste dochter wilde ook graag koekjes mee, net als andere kinderen. En dan kun je wel principieel fruit blijven meegeven, maar je kunt ook een beetje toegeven.  Oke, op de woensdag mag je koekjes mee. De eerstvolgende woensdag kwam ze stralend uit school. "Waren je koekjes lekker??  "Ja! En ik heb er eentje geruild, voor stukjes appel!"

Voor mijn kleuters is het drie keer per week 'gruitdag'. Dan hebben ze als het goed is allemaal groente en fruit bij zich. Geen koekjes, geen ruilmiddelen. De meeste kinderen hebben dat dan ook. Sommigen elke dag een appel, anderen combinaties van komkommer, tomaatjes en worteltjes, of een in stukjes gesneden peer. Allemaal goed, allemaal lekker.

En nu hebben we schoolfruit. Drie dagen per week krijgen de kinderen fruit, 20 weken lang, betaald door de EU.  Een mooi project vind ik het, zij het in gevallen als watermeloen en ananas wel een beetje bewerkelijk. 

Vorige week aten we worteltjes. In no time gingen er drie zakken doorheen. Bijna iedereen lust rauwe worteltjes, en ook wel twee of drie. Met worteltjes kan dat. 

Morgen eten de kinderen kaki. De kans is groot dat dat voor veel van hen de eerste keer is. Dat is, naast de vitamines die ze op deze manier binnen krijgen, een mooi bijkomend effect van het schoolfruit. Kinderen (en juffen en meesters) komen in aanraking met fruitsoorten die ze nog niet kenden. Voor sommigen is een nectarine of een kiwi al zwaar exotisch. Iets nieuws proberen gaat in een groep gemakkelijker dan thuis. Dat geldt gelukkig niet alleen voor pubers en alcohol. Veel kinderen zijn bereid te proeven als ze anderen zien smullen. Kaki, pomelo, rettich, van alles komt voorbij.

Vandaag was makkelijk en bekend: we kregen een banaan. Eentje per persoon. Per bijna ieder persoon tenminste, want voor ik hem in de smiezen had, was klein blond ventje al halverwege zijn tweede. Meer kinderen wilden nog wel een banaan. Dat mocht immers met de wortels ook. Maar ja, nog niet iedereen had een eerste banaan gehad, en er zijn ook nog andere klassen, dus nee, echt eentje per kind. 

Wiebelmeisje pakte een banaan. "Had jij er niet al eentje gehad wiebelmeisje?" "Nee hoor, dit mijn eerste! Ik hebt niet eentje gehad!" Mijn collega keek naar haar en zei: "Wiebelmeisje kijk mij eens aan..." Wiebelmeisje keek met haar grote onschuldige ogen naar ons, de restjes banaan nog om haar mond. "Nee, ik hebt echt niet al eentje gehad!"  En ik zei met even onschuldige ogen: "Was 'ie lekker wiebelmeisje, je banaan?" En enthousiast knikkend zei wiebelmeisje: "Jaaa!"


woensdag 11 november 2020

Achter de struik


De herfst is een mooie tijd als je met kleuters werkt. Je lokaal ziet er in een handomdraai gezellig uit, liedjes liggen voor het oprapen en het is niet moeilijk om allerlei leuke knutsel- en andere werken te bedenken. de herfst ligt voor het oprapen, letterlijk. "Juf! Ik heb een kerstanje gevonden!" "Ja, mooi! Van wat voor een boom komt die ook al weer, weten jullie dat nog?"  "Ehm.... een eikenboom!"

Er zijn paddenstoelen gevouwen en gekleid, we hebben woordstukjes geklapt, stippen geteld en we maken een tekening van een herfstbos. Met oliekrijt op zwart papier, en het wordt erg mooi.  Er verschijnen bomen, paddenstoelen, eekhoorns, egels, vossen, spinnenwebben met of zonder spin, en in de prachtigste kleuren. (die hier naast is van een kind uit een van de andere groepen)
De meeste kinderen hebben deze tekening inmiddels gemaakt, maar niet iedereen is van het tekenen, en al helemaal niet met oliekrijt. Maar ja, sommige dingen moeten, en dit is een moet-werkje.


Vandaag heb ik aan tafel 6 kinderen die deze tekening nog niet hebben gemaakt. We bekijken de herfstplaat. Wat zien we allemaal? Welke kleuren horen bij de herfst? ("Blauw!" "O ja? Zie jij blauwe blaadjes aan de bomen?" "Nee, maar die auto is blauw!")

Na deze verkenfase gaan we aan de slag. En het wordt mooi!


"Juf! Kijk! Ik had een rode paddenstoel met witte stippen. Maar nu is het een mengpaddenstoel. Hij is roze! Ik ga nog een mengpaddenstoel maken!" 

En er kwam een kabouter bij, en een boom. De boom, dat is dat mooie vormpje daar onder, naast de egel, niet die grote aan de rechterkant, zoals ik dacht "Neehee.... dat is een champignon!"




"Ik maak een varken!" "O, wat leuk, een wild zwijn? Die wonen ook in het bos he?"  "Ja, maar dit is een gewoon varken. Die is ontsnapt van de boerderij" 

En omdat ik dat wilde, wilde hij er best nog een boom met dwarrarrarrarrende blaadjes bij tekenen. En paddenstoelen. "Kijk juf! Die ene, die heeft het varken omgeschopt. Maar die andere staat nog wel rechtop."


En dan dit mannetje. Houdt niet zo van tekenen. En oliekrijt is stom.

" Juf, ik ben klaar." Hm. Tja. Een bijzonder herfstbos, dat wel. En schat dan maar eens in of dit zo goed is als hij kan, of dat 'ie zich er met een jantje-van-leien af heeft gemaakt. 

"Nou, ik vind wel dat er nog zeker een paddenstoel bij moet hoor...."

Even is het stil, en dan klinkt het bedachtzaam: "Juhuf..... Die paddentoel.... die staat achter deze struik...."